Instellingen (Fotograaf editie)

Ja hoor! Je hebt eindelijk je eerste, mooie, eigen, échte camera gekocht. Want je hebt waarschijnlijk het gevoel gekregen dat je hier iets meer mee moest dan alleen die paar kiekjes op die telefoon toch? Waarschijnlijk heb je het gevoel gehad dat je dit wel erg goed kon en dat dit ook wel erg leuk is! “Hier moet ik iets mee gaan doen!”

Welkom bij de club! 😉

Eh? Ja, en nu? Je pakt waarschijnlijk even de gebruiksaanwijzing erbij en gaat er eens even goed voor zitten. Het aan en uit knopje kun al wel vinden, dat is niet zo moeilijk. Maar hoe nu verder? De automatische stand is een mooi begin om te zien hoe jouw camera werkt. Welke instellingen geeft jouw camera weer op je scherm? Hier kun je prima in het begin mee oefenen. Waarschijnlijk ben je hier snel op uitgekeken want je wilt meer, veel meer. En die camera doet precies met de automatische stand NIET wat jij wilt! Maar nu komt het, en ja ik kan je horen denken: “Ik snap er serieus geen ene r**t van. Laat maar.” En voor je het weet ligt je mooie, eigen, nieuwe, échte camera achterin de kast. En ja, over een paar maanden probeer je het weer opnieuw, tot frustratie toe.

Google, Youtube, verzin het en je kunt vinden hoe jouw camera werkt. Hoe de instellingen werken. Of boek een cursus bij een ervaren fotograaf.(Ik geef samen met Patricia van Lovely’s fotografie hele leuke strand cursussen voor beginnende fotografen, maar dat terzijde 😉 ) Of boek bij een fotograaf een goede online cursus. Ben je er dan al? Nee. Dan snap je er nog niks van. Je zult toch echt moeten oefenen tot je een ons weegt. De termen: diafragma, iso en sluitertijd zullen je dan ook niet onbekend zijn. Maar man man, wat is dat moeilijk om te onthouden en te begrijpen.

Tips:

  1. Ik fotografeer bijna altijd iets te donker. Dit doe ik vanaf het begin al. Ik heb liever dat ik mijn foto’s iets moet oplichten en alle scherpte in de foto blijft dan dat ik te licht fotografeer en dit niet meer kan fixen. Overbelichting is funest voor je foto. TE donker trouwens ook. Wit is wit, zwart is zwart en dit kun je met geen mogelijkheid meer goed krijgen. Zie het als een watervaste markeerstift.
  2. Ik bewerk AL mijn foto’s. Ik geef GEEN raw foto’s weg. Een technisch verhaal, maar RAW heeft veel meer informatie in je foto opgeslagen. Door te bewerken haal ik de kleuren weer op en kun je zonodig, de foto beter corrigeren dan in JPEG. Heb je geen photoshop programma en wil je jouw foto’s ook niet bewerken? Dan is JPEG een goede optie. JPEG heeft meer kleur in de foto dan een RAW bestand maar mist tevens de informatie die in een RAW foto wel is opgeslagen. JPEG bestand neemt minder ruimte op je SD kaart in beslag dan een RAW bestand en dit komt door de hoeveelheid informatie in een foto. En ga je de foto’s niet bewerken? Gebruik dan een hogere ISO instelling dan de voorbeelden die ik je verderop geef onder de foto’s. Dan zijn ze ook niet iets te donker 😉
  3. Maar welke instellingen gebruik ik nu precies? Dat verschilt per dag, het tijdstip, de locatie en ook de mensen op de foto. Ik hoor je nu denken, mensen? Ja zeker. De huidskleuren zijn zeker belangrijk voor het kiezen van mijn instellingen. Een lichte of donkere huidskleur maakt zeker uit! Je wilt iemand met een lichte huidskleur niet overbelicht hebben en iemand met een donkere huidskleur te donker op je foto. En met een gemend gezin moet je daar nog eens extra je best voor doen. Nogmaals, deze instellingen zijn algemeen en dienen dus soms echt nog aangepast te worden. Het is zelfs zo: 2 dagen op dezelfde locatie, hetzelfde tijdstip en dezelfde weersomstandigheden, en toch kan een minimaal verschil zitten in de instellingen. Waar je zelf staat bijvoorbeeld of waar je modellen staan kan ook mega verschil maken. Iets naar links fotografen? Foto donker. Iets naar rechts fotografen? Foto licht. Of je hebt ineens te maken met veranderde weersomstandigheden. We gaan ineens in 5 minuten naar zonnig, bewolkt, zwaar bewolkt, en weer half zonnig. Mega irritant toch? Niet als je weet hoe je instellingen werken! Dus, oefenen, oefenen, oefenen. Maar we gaan die automatische stand op je camera niet meer opzoeken. Ook niet als je staat te stressen op locatie met modellen. Geef gewoon aan dat je even een aantal test foto’s moet maken vanwege de veranderingen met de belichting. Dan wachten ze maar een minuutje. Uiteindelijk gaat het steeds sneller en vanzelf, écht waar.
  4. Let op: Ik fotografeer NOOIT overdag op zonnige locaties. Deze instellingen zijn richting het golden hour.
  5. Om volledige controle over je instellingen (ISO/diafragma/sluitertijd) te hebben, kies je altijd voor M, Manueel.
  6. Let op: Ik ben geen technisch expert. Ik heb mijzelf alles aangeleerd en probeer op deze manier mijn werkwijze te delen voor beginnende fotografen. Iedere fotograaf heeft een andere werkwijze en andere instellingen.

Instellingen

  1. Strand: Op het strand gebruik ik verschillende instellingen. Ik sta in de schaduw of bewolking, of ik wil net even dat het zonnetje achter de duinen op mijn modellen schijnt. Of ik ga richting het strand of op een open gedeelte staan als de zon laag komt te staan (Golden hour).
  2. Schaduw/bewolking: ISO 100/250 (Ja mijn ISO staat bijna altijd op 100!) Hoe lager mijn ISO hoe scherper mijn foto’s zijn. Diafragma: F2.2 of F2.8 of hoger vanwege de achtergrond en sluitertijd 1/800e.
  3. Golden hour: ISO 100 (of hoger, dit ligt aan hoe donker het al is buiten). Diafragma: F3.2 (Ik wil een iets scherpere achtergrond bij de zee) en sluitertijd: 1/800e. 1/1250/1600 (bewegende mensen).
  4. In het algemeen gebruik ik: ISO: 100, diafragma F1.8 tot F3.5 en sluitertijd 1/800e of hoger.
  5. Onder de before & after foto’s staan mijn gebruikte instellingen genoemd.

(Koppel) Een bewerkte en onbewerkte foto, richting golden hour op het strand (duinen) ISO: 100, diafragma: F3.2, sluitertijd: 1/800e.

(model) golden hour op het strand (zee) ISO: 100, diafragma: F2.8 en sluitertijd: 1/800e.

6. Natuurgebied (open plekken dus geen dicht bos): ISO 100, diafragma F1.8 tot F3.5 en sluitertijd 800 of 1/1250 (bewegende mensen)

(Kinderen) Open natuurgebied: ISO: 100, diafragma F1.8 en sluitertijd 1/1250e

(Moeder en dochter) Open natuurgebied: ISO: 160, diafragma F2.8 en sluitertijd: 1/1000e

7. Studio: In de studio gebruik ik hele andere instellingen omdat ik alleen maar met flitslampen werk. In het algemeen gebruik ik: ISO: 100 of 125, diafragma F11, sluitertijd 1/200e of 1/250e seconde. Schrik niet van mijn before foto’s! Deze zijn inderdaad onwijs donker maar dit helpt mij om volledige controle te krijgen over de schaduwen, het licht en mijn achtergrond. Dit is uiteraard anders als jij in de studio met daglicht gaat werken! Kleine tip voor studiofoto’s met lampen: zet nooit je sluitertijd boven de 1/250e seconde. Doe je dit wel, krijg je zwarte balken in je foto’s. Iets met ervaring 😉

Studio fotografie (meisje kleur): ISO 125, diafragma F11 en sluitertijd 1/250e

Studio fotografie (meisje zwart-wit): ISO: 100, diafragma F11 en sluitertijd 1/200e

Laat je mij weten of je iets aan deze blog hebt gehad? Succes!!

Liefs, Kimberley

error: De inhoud van deze pagina is beschermd!
Voornaam
Achternaam
Mobiel nr.*
User e-mail*
Service